Vindt Catalonië een uitgang in het stemhokje ?

De Catalanen mogen op Valentijnsdag  vroeger dan voorzien nog eens de vertegenwoordigers van hun regionale parlement kiezen. Veel liefdesverklaringen vielen er tijdens de campagne niet te bespeuren. Wel racune en verwijten. De aanleiding van de tweede vervroegde verkiezingen op een rij is even absurd als miljoenen Catalanen naar het stemlokaal roepen tijdens de derde Covid-19 pandemiegolf. Bepalen de sociaal-economische hangijzers die corona heeft veroorzaakt de kiescampagne of staat de ontspoorde trein tussen Barcelona en Madrid weer centraal ?

Wat als ?

Het had allemaal anders kunnen lopen als gewezen oppositieleider Mariano Rajoy, van de conservatieve Partido Popular, in 2010 niet met een stapel handtekeningen onder de arm naar het Grondwettelijk Hof was gestapt. Toen verklaarden 12 gepolitiseerde rechters het Catalaanse statuut nietig. In 2005 deelden zowel in Barcelona als in Madrid de socialisten de lakens uit en keurden het Catalaanse en het federale parlement een van de Catalaanse verzuchtingen goed. De erkenning van Spanje als plurinationale staat en Catalonië als natie. De Partido Popular, die alles liever houdt zoals het is en diversiteit niet hoog in het vaandel voert, vond dit discriminerend voor de rest van Spanje.

Het bracht een gigantische politieke mobilisatie in Catalonië op gang. Onder leiding van de burgerplatformen Òmnium en ANC groeide de viering van La Díada (Catalaanse feestdag)  in  Barcelona uit tot een jaarlijkse miljoenenbijkomst waarin een onafhankelijkheidsreferendum werd geëist. Omdat Madrid zich negationistisch bleef opstellen besloot de regionale gematigd conservatieve partij CiU ook zijn wagon aan te haken aan de voortdurend langere independencia trein. Daarbij was een scheut opportunisme gemoeid want de toenmalige regeringspartij van Artur Mas stond onder zware druk door ingrijpende besparingen in openbare voorzieningen en corruptieschandalen rond zijn partij.  

Het huwelijk tussen de centrumrechtse (Convergencia Democrática de Catalunya) en de christendemocratische (Unión Democrática de Catalunya) partners van de CiU liep op de klippen en de CDC vertakking trok eind 2015 naar de kiezer met een gelegenheidskartel met het linksrepublikeinse ERC en een amalgaam van separatistische organisaties. Doel: het proces naar de onafhankelijkheid op de rails zetten met om te beginnen een referendum. Carles Puigdemont ruilde zijn burgemeesterstoel van Girona in voor die van de minister-president van de Catalaanse regering. Anderhalf jaar later werd Catalonië enkele weken wereldnieuws en kreeg het gerecht opnieuw het laatste woord in het politieke conflict. De Catalaanse politieke verantwoordelijken trokken in ballingschap naar het buitenland of werden in Spanje achter de tralies gezet.

Absurdisme 

Sindsdien is Catalonië politiek nog meer versnipperd. De Convergencia Democrática de Catalunya is ondertussen ook niet meer en leeft verder in Junts Per Catalunya en het veel kleinere PDeCAT. Na de vervroegde verkiezingen van december 2017 volgde Quim Torra de naar Waterloo gevluchte Carles Puigdemont op. Onder Torra, een purititeinse nationalist met nauwelijks politieke ervaring en Puigdemont volgeling, werd er weinig geregeerd. De coalitiepartners ERC en Junts Per Catalunya lagen voordurend overhoop en Torra zelf is de aanleiding dat de Catalanen weer moeten gaan stemmen. Hij werd uit zijn ambt ontzet nadat hij had geweigerd om tijdens de campagne van de laatste nationale verkiezingen pancartes voor de politieke gevangenen van de gevel van het gebouw van de Catalaanse regering te verwijderen. De Kiescommissie vond dit onpartijdig.

De Catalaanse regering wilde de verkiezingen verplaatsen naar eind mei omwille van de derde coronagolf maar werd teruggefloten door het Catalaanse Hooggerechtshof. De nationalisten zien hierin opnieuw de hand van Madrid net zoals in de transfer van de Catalaanse socialist Salvador Illa van de nationale regering naar het lijsttrekkerschap van de socialisten voor de Catalaanse verkiezingen. Tot eind januari was Illa de minister van Volksgezondheid in de linkse coalitieregering van premier Pedro Sánchez. Jawel, een minister van Volksgezondheid die in volle pandemie het schip verlaat wegens electorale belangen. Illa was daarom tijdens de kiescampagne vijand nummer 1 van de andere partijen. Sánchez zijn plan om op die manier het politieke centrum in Catalonië te herbevolken lijkt volgens de peilingen te lukken. We mogen ons verwachten aan een nek-aan-nek race tussen de socialisten, Junts per Catalunya en ERC.

Door de pandemie hebben duizenden burgers die zijn opgeroepen om in stembureaus te zetelen bezwaren aangevoerd, verschillende gemeenten organiseerden oefeningen in de kieslokalen om alles veilig te laten verlopen en een record aantal kiezers heeft al via de post gestemd. Volgens de peilingen zal door de besmettingsvrees de opkomst bij deze verkiezingen veel lager uitvallen dan normaal. Uitgerekend Salvador Illa, de ex-minister van Volksgezondheid, vond het als enige kandidaat niet nodig om voor het laatste lijsttrekkersdebat op de Catalaanse TV een PCR sneltest te laten afnemen. Illa werd door de andere partijen getrakteerd op verdachtmakingen alsof hij op zijn kabinet in Madrid zich al hebben laten vaccineren.

In Catalonië geldt er niet alleen een avondklok tussen 22u en 6u maar is ook de bewegingsvrijheid al weken beperkt. Eerst mocht je niet buiten je eigen gemeente zonder geldige reden, sinds vorige week mag je al tot de grenzen van je kanton. Net voor aanvang van de kiescampagne kwam de Catalaanse regering met een uitzondering op de proppen. Omdat ze het als een fundamenteel recht beschouwt voor de kiezers om zich goed te informeren, mocht je wel verkiezingsmeetings bijwonen. Ook de gevangen gezette politici mochten mee campagne voeren maar moesten ‘s avonds wel terug naar de gevangenis. Een versoepeling van hun gevangenisregime dat al eerder regionaal werd goedgekeurd maar door het nationale Hooggerechtshof werd teruggefloten. Een pingpong partij zonder einde.

Veel geblaat, weinig wol

Mochten de independentistas weer voldoende zetels halen om samen een regering te vormen, heeft de kiescampagne alleszins niet verduidelijkt hoe ze samen opnieuw door een deur kunnen. Oriol Junqueras, de tot een lange gevangenisstraf veroordeelde leider van het linkse ERC en ex-vice-president van Puigdemonts regering, herinnerde er nog maar eens aan dat zijn partij in zijn 90 jarige geschiedenis nooit corruptiezaken heeft gekend zoals in het ter ziele gegane CiU van Puigdemont, de Partido Popular en de socialisten. Het was een steek richting Laura Borrás, de lijsttrekster van Puigdemonts partij Junts per Catalunya. Zij wordt verdacht van fraude, valsheid in geschrifte en verduistering van openbaar geld.

En wat met de steun van ERC aan de nationale regering van Pedro Sánchez in de hoop om daarmee een vruchtbare dialoog op gang te brengen tussen Catalonië en Madrid ? Junts blijft radicaal zweren bij het proces richting onafhankelijkheid. Over één ding zijn alle pro-independencia partijen het wel eens: met de socialisten wordt er niet samengeregeerd. Catalans per la indepèndencia, een organisatie van ex-leden van de Assemblea Nacional Catalana (ANC), slaagde er afgelopen week in om Junts per Catalunya, ERC, het anti-kapitalistische CUP en PDeCAT een verklaring te laten ondertekenen waarin ze beloven om niet toe te treden tot een coalitie met de socialistische partij. Een cordon sanitaire rond een sociaal-democratische partij. Het is eens iets anders.

Over de aanpak van de sociaal-economische nevenverschijnselen van de coronacrisis kwamen de Catalaanse kiezers weinig concreets te weten. Investeringen in de gezondheidszorg, (tijdelijke) werkloosheid, jongeren met mentale problemen, kleine bedrijven die moeite hebben om te overleven, een herziening van het toeristisch model, betaalbare woningen, onderwijs,… Iedereen erkende dat het problemen zijn die moeten worden aangepakt maar hoe dat zal gebeuren blijft in het duister tasten.

Volgens de peilingen zal het extreemrechtse Vox onder andere daardoor zijn intrede doen in het Catalaanse parlement. De partij zou meteen meer zetels binnenhalen dan de Partido Popular omdat het de kiezers verleidt die het discours van de independentistas spuugzat zijn en zich in de steek gelaten voelen door het systeem. Ook de partij aan de andere kant van het spectrum, het CUP, stijgt in de enquêtes.

Het Puigdemont vergeetput parcours

Puigdemont Ponsatí Comín

Mocht de voormalige Catalaanse minister-president op 27 oktober 2017 vervroegde verkiezingen hebben afgekondigd i.p.v. de onafhankelijkheid dan zou de wereld er nu helemaal anders uit zien voor hem en zijn toenmalige regering. Na bemiddelingswerk van de Baskische premier draaide Carles Puigdemont op het laatste nippertje zijn kar onder druk van de straat en een portie naïviteit. Zijn regering onderschatte schromelijk de genadeloosheid van het Spaanse staatsapparaat en verkeerde in de waan dat de EU begrip zou tonen.

De aanpak van de post-referendum weken verdeelt nog altijd Catalonië, ook binnen de separatistische beweging. Vanuit zijn ballingsoord in Waterloo probeert Puigdemont sindsdien politiek relevant te blijven en de Catalaanse zaak onder de internationale radar te houden. Dan is er geen beter platform denkbaar dan een zitje veroveren in de navel van de EU, het Europees Parlement. Als het van de Spaanse Centrale Kiescommissie zou hebben afgehangen, hadden Puigdemont en zijn ex-ministers Toni Comín en Clara Ponsatí niet kunnen deelnemen aan de voorbije Europese verkiezingen.

Uitgerekend de dag na de vervroegde nationale parlementsverkiezingen van 28 april besloot de Kiescommissie om hen uit te sluiten van de Europese kieslijsten. De commissie oordeelde dat ze door hun vrijwillige ballingschap in het buitenland zich niet konden verkiesbaar stellen op de Spaanse verkiezingslijsten. Omdat zowel de president als de vice-president en nog twee andere leden van de commissie wel vonden dat de drie mochten deelnemen, rees de indruk van een politiek gemotiveerde, snel in mekaar gebokste uitspraak.

Volgens verschillende Spaanse rechtsgeleerden volgden de leden van de Commissie niet scupuleus de letter van de wet. Geen enkele Spaans wetsartikel verbiedt expliciet het recht verkiezingskandidaat te zijn. In geval van twijfel gelden de fundamentele burgerrechten en basisregels van de democratie. Waarom mocht ex-minister Lluís Puig dan wel deelnemen aan de afgelopen Spaanse parlementsverkiezingen en Clara Ponsatí aan de gemeenteraadsverkiezingen ? Waarom was er helemaal geen bezwaar toen ze op de lijsten stonden van de vervroegde regionale verkiezingen in Catalonië van 21 december 2017 ?

Omdat niemand een bezwaar had ingediend. Dat was wel het geval voor de Europese verkiezingen. Die klacht kwam er van de moraalridders van de onlosmakelijkheid van de Spaanse unie, de politieke partijen Ciudadanos en de Partido Popular. Uit angst voor het Europees podium dat Puigdemont en co dreigden te veroveren ? Dan moeten ze op 17 juni eerst in Madrid de eed komen afleggen wat hun onmiddellijke arrestatie zou betekenen. Of vrezen de PP en Ciudadanos dat er hiervoor een juridische omweg bestaat ?

Het deed denken aan de klacht van de Partido Popular, negen jaar geleden, tegen het Statuut dat Catalonië van meer autonomie voorzag. Een politieke nederlaag laten rechttrekken door een rechtbank die meewerkt. De conservatieven slaagden er toen in om een afgezwakte versie van het Statuut door het Grondwettelijk Hof te krijgen. Het begin van de separatische lente in Catalonië.

Gonzalo Boye, de advocaat van Puigdemont, ging in beroep tegen de beslissing van de Kiescommissie en na een partij pingpong tussen een Madrileense administratieve rechtbank en het Hooggerechtshof mochten de drie toch deelnemen aan de verkiezingen. Puigdemont en Comín werden met meer dan een miljoen stemmen verkozen op de lijst Lliures per Europa (Vrijheid voor Europa). Vraag is hoe ze ooit hun zetel zullen opnemen in het Europees Parlement. Ze moeten niet alleen op 17 juni de eed afleggen in Madrid, ook de Spaanse diplomatieke tentakels willen Puigdemont de vergeetput induwen.

Toen Comín en Puigdemont zich vorige week aanboden aan het Europees Parlementsgebouw, om hun voorlopige accreditatie op te halen, mochten ze niet binnenkomen in tegenstelling tot andere Spaanse verkozenen. Hun advocaten dienden prompt een klacht in bij parlementsvoorzitter Antonio Tajani. Niet ontoevallig kwam de volgende dag het nieuws dat op vraag van de fractieleiders van PP, Ciudadanos en PSOE (Spaanse socialisten) de accreditaties van de Spaanse Europarlementsleden werden opgeschort tot de definitieve bekendmaking van de parlementsleden.

Met andere woorden: het schaamteloze kat en muis spel gaat verder. Wordt vervolgd in een of andere rechtbank.

Spaanse verkiezingen met groeten uit Catalonië

Het centrale thema van de Spaanse verkiezingen is Catalonië

Vandaag trekken de Spanjaarden voor de derde keer in minder dan vier jaar naar de federale stembus. Het zijn de meest open en onvoorspelbare Spaanse verkiezingen sinds mensenheugenis. De uitkomst belooft even open te worden en het land politiek nog meer op slot te zetten. Centraal thema: Catalonië.

Tot vier jaar geleden was de nationale politiek even bipolair als het Spaanse voetbal. Als Barça niet wint, is het Real Madrid en viceversa. Na twee opeenvolgende ambtstermijnen met de Partido Popular of de socialistische PSOE aan het roer viel er altijd wel eens een corruptieschandaal teveel uit de kast of gooide een economische crisis roet in het eten van de regering. Daarna was het weer de beurt aan de aartsrivaal. Coalities kwamen alleen voor in de regionale deelregeringen.

De socialistische regeringen hadden de neiging om een Europees laagje vernis over Spanje te leggen. Zelden meer dan symbolische daden zoals de legalisering van abortus en het homohuwelijk. Zoethoudertjes voor progressief Spanje. Te vergaande socialistische dadendrang maakte de PP toch weer ongedaan als het weer de touwtjes in handen had. Vanuit de oppositie trok de conservatieve partij zelfs naar het Hooggerechtshof om het nieuwe statuut van Catalonië  aan te klagen in 2010. De kiem van de huidige Catalaanse crisis.

Pedro Sánchez
Volgt Pedro Sánchez zichzelf op als premier ?

Het tweepartijensysteem ligt sinds 2015 op apegapen. Het nieuw-linkse Podemos predikt het socialisme dat machtspartij PSOE niet (meer) op de radar heeft en aan de rechterzijde verscheen de partij Ciudadanos op het toneel. Sinds de regionale Andalusische verkiezingen van december vorig jaar moet er ook rekening worden gehouden met een rijzende extreemrechtse ster aan het politieke firmament: de partij Vox.

Het Spaans Electoraal Comité besloot dat de leider van Vox niet mocht deelnemen aan de twee TV verkiezingsdebatten van  afgelopen week omdat Vox geen verkozenen heeft in het huidige parlement. Hetzelfde Comité besloot ook dat het Catalaanse TV-station TV3 het tijdens de verkiezingscampagne niet mocht hebben over “politieke gevangenen” wegens inbreuk op de neutraliteit. De debatten van de kopstukken van PSOE, PP, Podemos en Ciudadanos op de openbare omroep RTVE en mediagroep Atresmedia bevestigde het zwart-wit panorama waarin Spanje vandaag zijn stem uitbrengt.

Spanje is politiek gefragmenteerder dan ooit maar blijft puberaal zwart-wit denken. Rechts versus links, rechts versus rechts. Een bloemlezing uit de twee debatten vol lawaai, hysterie en spierballenvertoon: beledigingen en leugens van de Partido Popular en Ciudadanos aan het adres van de PSOE en bekvechterij over en weer tussen de rechtse partijen onderling. Zoals verwacht ook heel veel uitvallen naar Catalonië en beloftes van rechts om de separatisten zwaar te straffen net zoals de Baskische ETA in het verleden.

Albert Rivera van Ciudadanos beschuldigde uittredend socialistisch premier Pedro Sánchez meteen van gratie te willen verlenen aan de Catalaanse politieke gevangenen. Een pertinente leugen. Pablo Casado van de Partido Popular had het opnieuw over de Catalaanse staatsgreep en het hoogverraad van Sánchez door aan tafel te zitten met “zij die Spanje willen breken”. Repliek van Pedro Sánchez: het is wel tijdens de regeerperiode van Mariano Rajoy dat Catalonië 2x een onafhankelijkheidsreferendum heeft georganiseerd en informeel de onafhankelijkheid heeft uitgeroepen.  

De beschamende boksmatch bracht de staatsman in Pablo Iglesias, de leider van Podemos, naar boven. Tijdens de twee debatten straalde hij voortdurend sereniteit en waardigheid uit en stelde hij zich op als moderator in het hanengevecht. Om het politiek conflict met Catalonië op te lossen is er volgens hem empathie nodig, luisterbereidheid, minder verwijten en een verzoeningsproces. De wil om in te zien dat Spanje een pluranationalistisch land is. Zonder met de vinger te wijzen, zei hij dat er te gratuit met termen als “verraad” wordt gegooid. Als er iets Spanje verraadt, is het corruptie.

Pablo Iglesias Podemos
Unidas Podemos voorman Pablo Iglesias zoals altijd zonder pak en das.

Het « pro-ETA socialisme » buiten beschouwing gelaten viel er niet veel nieuws te rapen over waarover de verkiezingen nog zouden moeten gaan. De dodelijke cocktail van de afnemende economische groei en stijgende werkloosheid. De werkloosheidscijfers van het eerste trimester van dit jaar zijn de slechtste sinds 2013. De enorme luchtbel op de immobiliënmarkt (weeral) en het gebrek aan politieke wil om iets aan de leegstand te doen. De pensioenen, waardige lonen en arbeidscontracten. De hervorming van justitie, ecologische maatregelen en investeringen in de publieke gezondheidszorg en openbaar onderwijs. 

Tijdens de TV debatten werd Vox geen enkele keer expliciet vermeld maar hing de opkomst van de extreemrechts partij wel voortdurend in de lucht. Het is de vraag of Vox eigenlijk wel geïnteresseerd was in een deelname aan de debatten. De partij schuwt de traditionele media omdat het vindt dat ieder medium politiek interpreteert zoals het gebekt is. Daarom is de partij van Santiago Abascal misschien de echte winnaar van de debatten. De meerderheid van de Spanjaarden weet nu nog niet of Vox meer in zijn mars heeft dan “Viva España”, “laf rechts” (alle andere rechtse partijen), “feminazi’s” (feministen), anti-separatisme en de verdediging van de jacht en stierengevechten. Waarom prediken de franquistische nostalgici bv. het neoliberale sociaaleconomische model dat het Front National en Vlaams Belang 20 jaar geleden aanhielden ? Dat verkoopt vandaag toch niet meer bij extreemrechts ?  

Vox en Franco
Vox heeft een nostalgische droom

Hoe zou Santiago Abascal uit de verf komen in een debat met de vier andere grootste partijen ? Doordat de partij vooral communiceert via eigen sociale media is Vox voor de traditionele partijen moeilijk te vatten. Waarom staan er bijvoorbeeld vrouwen op de kieslijsten van deze vrouwonvriendelijke partij ? Is het omdat Vox vindt dat verkrachters levenslang moeten worden opgesloten of omdat iedere Spanjaard het recht zou moeten hebben om een wapen in huis te hebben om zijn familie te verdedigen ? Volgens de laatste peilingen zou het meevallen met de groei van de groentjes in de Spaanse politiek. Extreemrechtse stemmers geven echter dikwijls niet toe op wie ze gaan stemmen.

Catalaanse onafhankelijkheidsvlag
Een deel van Catalonië heeft een toekomstdroom

Er viel toch een nieuwtje te rapen in het tweede verkiezingsdebat. Omdat Ciudadanos een cordon sanitaire heeft gelegd rond de socialisten zei Pedro Sánchez voor het eerst dat hij een mogelijke coalitie met Ciudadanos uitsluit. De ooit zelfverklaarde sociaalliberale partij is sinds de spanningen met Catalonië te veel geradicaliseerd naar rechts. Het zal er een regeringsvorming niet makkelijker op maken en het doet links weer lonken naar gedoogsteun van de Baskische en Catalaanse nationalisten. Verraad voor rechts met de hete adem van Vox in de nek. De Catalaanse boemerang blijft maar terugkeren. From Catalunya with love – return to sender. 

Alles komt terug, ook de Spaanse inquisitie

Vanop het terras van het restaurant in Barcelona waar ik zaterdagmiddag zat te lunchen, had ik een goed zicht op de uitgang van het metrostation Vallcarca. Hoewel de toeristen in deze halte tijdens het weekend de Barcelonezen soms overtreffen in aantal (Parc Güell ligt vlakbij), viel het op hoeveel mensen het station uitstapten met een geel rouwlintje op hun jas gespeld. Het zijn grauwe tijden voor de democratie in Spanje.

geel rouwlint stadhuis barcelona
Het stadhuis van Barcelona heeft als stil protest een groot lint aan het balkon hangen

Sinds het Catalaanse referendum van 1 oktober vorig jaar weet heel de wereld dat de strafrechtelijke Spaanse aanpak van de politieke crisis het alleen maar nog moeilijker maakt om de dialoog met Catalonië te recupereren. De inquisitie en heksenjacht zijn helemaal terug. Symptomatisch voor een zieke democratie met aan het hoofd een ranzige minderheidsregering van de Partido Popular die zienderogen afzakt naar wat men in internationale begrippen kwalificeert als een zorgwekkende rechtsstaat.

De Partido Popular trekt aan de touwtjes van het gerecht om dissidente stemmen het zwijgen op te leggen, wraak te nemen op politieke tegenstanders en zijn eigen ideologie op te leggen.  De partij gaat voorlopig nog vrijuit in de verschillende processen die lopen i.v.m. illegale partijfinanciering. De Catalaanse kwestie is daarom een geschenk uit de hemel voor premier Mariano Rajoy en co. De aanpak van de politieke crisis van de afgelopen maanden heeft een klimaat gecreëerd waarin iedereen het recht heeft om niet beledigd te worden. Afgelopen week waren er drie rechterlijke uitspraken die het democratisch debat hierover hoog deden oplaaien.

Fariña”, het boek van de journalist Nacho Carretero over de Gallicische drugstrafiek in de jaren 80 en 90 is sinds kort even bekend als Cervantes’ Don Quichotte. De ex-burgemeester van het Gallicische dorp O Grove, José Alfredo Bea, legde in 2016 klacht neer wegens spot en laster voor de ocharme drie lijntjes die in het boek aan hem werden gewijd over nochtans bewezen misdrijven. De rechtbank besloot om het boek uit distributie te nemen. Een financiële ramp voor de kleinschalige uitgever. Op de tweedehands markt swingt de prijs van het boek plots de pan uit.

valtonyc vrije meningsuiting
De militante rapper Valtonyc

Afgelopen week kreeg de Mallorcaanse rapper Valtonyc in beroep 3,5 jaar gevangenis voor verheerlijking van terrorisme, zware beledigingen aan het adres van de koning en bedreigingen in 16 nummers die hij tussen 2012 en 2013 op het internet zette. Hij was toen nog maar 18 jaar. In de VS kleven ze sinds de jaren 90 op platen van gansta rappers met een grote bek een Parental Advisory sticker. Beluisteren op eigen risico. In de tijd van Franco kregen te pittige platenhoezen een ander jasje of werden ze gewoon niet uitgebracht en doodgezwegen. Binnen het Spaans gerechtelijk apparaat is er onenigheid over de uitspraak. Volgens sommige juristen strookt de Spaanse invulling van spot aan de koning niet met wat het Europees Verdrag van de mensenrechten hieronder verstaat. Ook de uitspraak van de rechter dat er aanzet zou zijn tot plegen van terrorisme door de verheerlijking ervan is flinterdun omdat het uit de mond van een artiest komt, niet van een persoon met een maatschappelijk-politieke functie.

the rolling stones franco spanje
Links de originele hoes van Sticky Fingers van The Stones, rechts de Franco versie

Vijfentwintig muziekfestivals en vijftig concertzalen, niet ontoevallig van Catalaanse origine, zullen Valtonyc als uiting van protest opnemen in hun programmatie van 2018. In een perscommuniqué verkondigde het bekende Primavera Sound festival in Barcelona dat ze de inhoud en vorm van Valtonycs rap niet delen maar dat iedere muzikant wel zou moeten beschermd worden door het recht op vrije meningsuiting. Het festival bekritiseerde ook dat in het huidige wettelijke kader bepaalde artistieke uitingen kunnen beschouwd worden als een delict dat buitensporig hard wordt bestraft zonder rekening te houden met het principe van de proportionaliteit. Valtonyc is alvast van plan om naar het Europees Hof van de Rechten van de Mens in Straatsburg te stappen.

presos politicos santiago sierra
Aanklacht tegen de censuur wordt een aanklacht tegen de censuur

Op dit ogenblik vindt in Madrid de Internationale Beurs van Hedendaagse Kunst plaats, de belangrijkste kunstbeurs van Spanje. Net voor de opening eiste de voorzitter van het beursgebouw dat het werk “Politieke gevangenen in hedendaags Spanje” van de omstreden kunstenaar Santiago Sierra zou worden verwijderd. Het werk bestaat uit twintig zwartwit foto’s waaronder Oriol Junqueras, Jordi Cuixart en Jordi Sànchez, die sinds vorig najaar in de gevangenis zitten voor hun bijdrage aan het Catalaanse onafhankelijkheidsproces. Reden van de censuur: de vrees voor controverse. Het verwijderen van het werk heeft zijn doel volledig gemist want het heeft in heel Spanje meer controverse veroorzaakt dan het werk zelf. Nog een geluk bij een ongeluk. Kunst moet een beetje polemiek zijn.

Uitgerekend vorige week verscheen het jaarrapport van Amnesty International. Spanje krijgt hierin een veeg uit de pan omdat het vorig jaar herhaaldelijk basisrechten van de mens met de voeten heeft getreden naar aanleiding van het Catalaanse onafhankelijkheidsproces. De mensenrechtenorganisatie ziet dus in tegenstelling tot de EU geen verschil tussen landen als Polen en Hongarije. Terwijl de EU onder het mom van geen recht op inmenging in de Spaanse interne keuken die Oost-Europese landen daarentegen wel al op de vingers heeft getikt omdat ze het recht op vrije mening niet gewaarborgd zag in de wetgeving van die landen.

In navolging van Carles Puigdemont en vier van zijn ex-ministers is ook de ex-fractieleidster van het extreemlinkse, anarchistisch getinte CUP niet ingegaan op het bevel om voor de onderzoeksrechter in Madrid te verschijnen om zo een dreigende voorhechtenis te ontlopen. De 42 jarige juriste Anna Gabriel wil vanuit Genève, de Europese zetel van de Verenigde Naties, ook een poging ondernemen om de politieke aanpak (of het gebrek daaraan) van de Partido Popular te internationaliseren. Ze heeft hiervoor zelfs haar strijdvaardige activistenlook achtergelaten in Barcelona.

nieuwe look anna gabriel
De Catalaanse Anna Gabriel en de Zwitserse versie

Gabriel is naar eigen zeggen niet op de vlucht voor de Spaanse justitie. Integendeel, wie er volgens haar onder verdenking zou moeten worden gesteld is de Spaanse staat. Door haar vertrek uit Catalonië wil ze gerechtigheid door aan de wereld uit te leggen dat Spanje geen gerechtigheid garandeert. Vanuit de gevangenis kan ze dat niet doen. Ze koos Zwitserland omdat het een land is dat zijn inwoners geregeld laat stemmen over verschillende kwesties. Genève is bovendien een kosmopolitische stad met veel inwoners die werkzaam zijn in de sector van de mensenrechten.

Volgens de laatste electorale peilingen in Spanje lijkt de Partido Popular te worden afgestraft voor haar politieke stilstand en repressieve aanpak van de Catalaanse crisis. Het liberale Ciudadanos, dat in Catalonië ooit werd opgericht als een antwoord op het Catalaanse nationalisme, zou de grootste partij van het land worden. De Partido Popular reageert zenuwachtig en debatteert luidop over herbronning om de liberale hype in te dammen. Alleen lijkt premier Rajoy nog niet te beseffen dat ook zijn eigen partij hem buiten begint te kijken. Onlangs zei hij in een radio interview dat hij een derde kandidatuur voor het premierschap in overweging zou nemen mocht de gelegenheid zich voordoen. Hoe weinig kan een mens in de realiteit staan !?

Val d’Aran: het dorp van Asterix en Obelix in Hispania

De vallei van de Aran ligt in de noordwestelijke uithoek van Catalonië, aan de grens met Aragon en Frankrijk, omringd door 3000 meter hoge Pyreneëntoppen en honderden meren. De eeuwenlange isolatie van het gebied heeft er voor gezorgd dat de 10.000 bewoners, verspreid over 9 gemeenten, in een andere culturele en politieke realiteit leven dan de rest van Catalonië. Het grootste deel van de bevolking praat Aranees, een variant van het Occitaans dat nog in bepaalde delen van de Pyreneëen en Zuid Frankrijk wordt gesproken. Catalaans en Spaans zijn de andere twee officiële talen. Sinds in 1948 een tunnel het gebied veel toegankelijker maakte vanuit het zuiden kende de regio een sterke economische en demografische groei dankzij het toeristisch potentieel van de streek.

vlag val d'aran en spanje
Vrouw met Aranese vlag betoogt tegen de Catalaanse independentistas

De semi-autonome regio heeft dankzij een decreet, dat in 2015 werd goedgekeurd in het Catalaanse Parlement, recht op zelfbeschikking. Catalonië staat in tegenstelling tot Madrid wel open voor de “Spanje: natie van naties” gedachte. Door het decreet kan de Val d’Aran zelf zijn cultuurbeleid, taal en administratie beheren. Hierdoor hebben de Aranezen ook het recht om zelf over hun toekomst te beslissen mocht Catalonië zich ooit afscheuren van Spanje. De vallei lust helemaal niet wat er politiek wordt bekokstoofd in Barcelona. Het is de regio waar het minst stemgerechtigden kwamen opdagen voor het onafhankelijkheidsreferendum van 1 oktober 2017.

De Aranezen vrezen dat een mogelijke Catalaanse onafhankelijkheid catastrofale gevolgen zal hebben voor Baqueira-Beret, een van de meest exclusieve skistations van Spanje. Twee derde van de bevolking van de Val d’Aran is economisch afhankelijk van het wintersporttoerisme. Tijdens de winter verdrievoudigt de bevolking er in aantal. Tachtig procent van de bezoekers is bovendien niet Catalaans waaronder de Spaanse koninklijke familie die er kind aan huis is.

Baqueira-Beret skistation
Het skioord Baqueira-Beret badend in de hoogtezon

De Val d’Aran heeft een sterke band met buurland Frankrijk. De Garonne rivier ontspringt in de Val d’Aran en stroomt via Toulouse naar de Atlantische Oceaan. Ook de lokale keuken is sterk Frans getint. Een uitstap uit de EU zou de logistieke navelstreng met Frankrijk doorknippen. Het bestuur van Val d’Aran heeft immers een sanitair akkoord met de ziekenhuizen van Toulouse. Met een ambulance ben je sneller in Toulouse dan in de hospitaals van de Spaanse steden Huesca in Aragon en Lleida in Catalonië. Een honderdtal Aranese jongeren studeren er aan de universiteit en Toulouse is ook de dichtstbijzijnde luchthaven.

 

 

 

 

 

 

 

Waarom de Europese koerswijziging van Puigdemont er geen is

Kritiek op Europa door Puigdemont

In een interview met de Israëlische televisie uitte de afgezette Catalaanse minister-president Carles Puigdemont vorige week zijn twijfels over de werking van de Europese Unie. Hij noemde de Unie vlakaf een vereniging van decadente en voorbijgestreefde landen waar slechts een minderheid aan de touwtjes trekt in dienst van bedenkelijke economische belangen. Puigdemont opperde dat de Catalanen, in het geval van onafhankelijkheid, zich in een referendum zouden moeten kunnen uitspreken of ze nog bij de EU willen behoren en onder welke voorwaarden. Volgens Puigdemont wil een deel van het Catalaanse volk misschien niet langer deel uitmaken van een EU die geen aanstoot neemt aan de schending van democratische rechten in een deel van haar grondgebied omdat een post-franquistisch, rechts systeem daar baat bij heeft.

Zowel aan de linker- als aan de rechterzijde bombardeerden de unionistische Spaanse pers en sommige politici hem tot een nukkig kind dat zich tot het populistisch euroscepticisme van de Farage, Le Pen en Wilders strekking heeft bekeerd omdat Brussel wegkijkt van de Catalaans-Spaanse crisis. Wat zijn critici echter verzwijgen is dat Puigdemont naar eigen zeggen een voorstander blijft van de EU en tot het uiterste wil streven naar een meer geïntegreerd democratisch Europa met meer zeggenschap voor de burgers en minder voor de staten. Dat is volgens hem de ware spirit van de Europese Unie. Niet alleen de Catalanen hebben motieven om de EU te bekritiseren. Ook de andere Europese burgers kunnen zich vragen stellen bij de lessen in democratie die Europa spelt aan landen zoals China, Turkije en enkele recente Oost-Europese lidstaten terwijl in Spanje de nationale regering een repressieve draai geeft aan fundamentele burgerrechten.

Puigdemont poseert voor de Brugse reitjes
Puigdemont doet aan sightseeing in Brugge met de internationale pers in zijn zog. Gratis citymarketing voor de dienst van toerisme zonder bezoek aan het Europacollege waar de Europese elite van morgen wordt gevormd.

De voorgangers van Puigdemont aan het hoofd van de Catalaanse regering verschoven de laatste twee decennia het (slachtoffer)discours achtereenvolgens van “Spanje begrijpt ons niet” naar “Spanje berooft ons”, “Spanje onderdrukt ons” en “Spanje valt ons aan”. Topstrateeg Puigdemont is met zijn journalistieke achtergrond een meester in debatten aanzwengelen door ten gepaste tijde balonnetjes op te laten. Zijn eurokritische uitspraken kaderen in het sensibiliseren van de internationale gemeenschap en in de electorale campagne voor de vervroegde Catalaanse verkiezingen van 21 december. Op 7 december staat er eerst nog een grote Catalaanse betoging op het programma in Brussel. De twee burgerverenigingen ANC en Omnium, die de optocht organiseren, kunnen weliswaar een indrukwekkend curriculum voorleggen als het op mobiliseren van mensenmassa’s aankomt, wat verbale opjutterij van de Catalaanse leider “in ballingschap” is altijd welkom. 6 en 8 december zijn in Spanje feestdagen waardoor veel scholen op 7 december de brug maken. Er mag verwacht worden dat onder de slogan “Omplim Brussel·les” (“We nemen Brussel in”) duizenden Catalanen met kroost een Brusselse citytrip zullen aanwenden om het nuttige aan het aangename te paren. De bedoeling van de manifestatie is om voor de ogen van heel Europa het reactionaire beleid van de Spaanse regering af te wijzen en steun te betuigen aan de gevangen gezette Catalaanse regeringsleden , de leiders van ANC en Omnium die ook achter de tralies zitten, en Puigdemont en de overige naar Brussel gevluchte ministers.

Catalaanse onafhankelijkheidsbetoging in Brussel
Catalaanse onafhankelijkheidsbetoging in Brussel

 

Het valt erg te betwijfelen of de Catalaanse mars op Brussel de Europese machthebbers zal overhalen om toch Rajoy op de vingers te tikken. Enkel mocht er in Catalonië risico zijn op rebellie met financiële en economische chaos tot gevolg zou Europa tussenkomen. Bovendien is de Partido Popular met dank aan wijlen Wilfried Martens een prominent lid van de Europese Volkspartij, de politieke familie van conservatieve en christendemocratische partijen. Het is de grootste politieke fractie in het Europees Parlement. Ook de illustere Italiaanse Forza Italia van Berlusconi en het Hongaarse Fidesz van Victor Orban zitten onder hetzelfde dak. Dit soort duistere machtsspelletjes en –verhoudingen boven het hoofd van de Europese burger stelt Puigdemont in vraag. Wat Madrid en Brussel niet inzien, is dat de wind die de onafhankelijkheidsbeweging in de zeilen heeft niet alleen voortspruit uit gekrenkte Catalaanse eigenheid. Het is ook een voortzetting van de Indignado beweging die in Spanje ontstond in 2011 uit onvrede met de nationale instellingen, institutionele corruptie, het electoraal systeem en een verouderde grondwet die aan herziening toe is. Dat is op lange termijn een tikkende tijdbom in de schoot van vooral de Partido Popular.

HOEZO ? “LINKS” CATALAANS NATIONALISME

In tijden van rechts populisme en maatschappelijke polarisering krijgt extreemrechts in Spanje nauwelijks voet aan de grond. Dit bevestigt ook het recente onderzoek “Nothing to fear but fear itself” van de Britse denktank Demos. Van de zes landen die in het onderzoek onder de loupe worden genomen (het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Zweden, Polen en Spanje) ontsnapt enkel Spanje aan de toenemende ultrarechtse tendens die wordt gevoed door angstcultuur.

De drie gebruikelijke ingrediënten van het extreemrechtse discours zijn massale immigratie, economische crisis en wantrouwen in de traditionele politieke partijen. Hieraan voldoet Spanje helemaal. Tijdens de Spaanse luchtbel op de immobiliënmarkt tussen 2000 en 2009 ontving Spanje zowat de helft van de totale immigratie binnen de EU. De meerderheid van de nieuwkomers ging als laagopgeleide arbeidskracht aan de slag in de bouwsector. In 2007 sprong de luchtbel en veroorzaakte daardoor een diepe financiële crisis. Bijna een decennium lang hadden de banken kwistig woninghypotheken uitgedeeld. Drie miljoen mensen verloren hun job en duizenden mensen werden uit hun huis gezet omdat ze hun hypotheek niet meer konden afbetalen. Armoede nam overal toe waardoor de kloof tussen arm en rijk in Spanje de hoogste werd van alle lidstaten van de EU. Onophoudelijke politieke corruptieschandalen vergrootten de argwaan nog meer ten opzichte van de politieke klasse, die als schuldige van de crisis werd aanzien. Waarom krijgt rechts nationalisme dan geen poot aan de grond ?

Tijdens de bijna 40 jaar Franco dictatuur exploiteerde het regime de Spaanse vlag, de nationale hymne en het concept “ééngemaakt Spanje” zodanig dat deze patriottische symbolen tot de dag van vandaag worden geassocieerd met het fascistische verleden van Spanje. Europa was toen synoniem voor modern en werelds. (Lees ook). In 1986, 11 jaar na Franco’s dood, trad Spanje toe tot de Europese Unie. Volgens de studie van Demos zijn de Spanjaarden, van de zes onderzochte landen, het minst happig om de EU te verlaten (slechts 10% is pro exit versus 25% in Frankrijk).

Spanjaarden hebben decennia lang een betere toekomst gezocht in andere Europese landen en Latijns Amerika. Pas de laatste 17 jaar kent Spanje een immigratiestroom van hoofdzakelijk Roemenen, Latijns Amerikanen, Marokkanen en Centraal Afrikanen. De eigen emigratiegeschiedenis indachtig en het feit dat de immigranten zich concentreren in slechts enkele geografische zones zorgt ervoor dat de bevolking gematigd positief staat ten opzichte van immigratie. Tot nu toe zijn er ook nauwelijks Spaanse politici betrapt op het uiten van xenofobe opmerkingen, laat staan dat er een link wordt gelegd naar een oorzakelijk verband tussen immigratie en moslimterrorisme zoals bv. Marie Le Pen wel doet in Frankrijk. Door de terreurgeschiedenis met de Basische afscheidingsbeweging ETA maken de Spanjaarden een duidelijk onderscheid tussen terrorisme en het volk waar de terroristen toe behoren. Niemand veroordeelt het hele Baskische volk voor de aanslagen van ETA.

Puyol en Xavi met de Baskische en Catalaanse vlag na de finale van de Copa del Rey tegen Athletic Bilbao in 2012

Daarnaast is Spanje ook een natie die bestaat uit verschillende naties met regionaal nationalisme, vooral in Baskenland en Catalonië. Een groot deel van de Catalaanse publieke opinie beschouwt Catalanistas (Catalaansgezinden) als links, democratisch en dynamisch en Españolistas (Spaansgezinden) als fachas (fascisten) en dominant. Tijdens de Franco dictatuur ontwikkelde zich in Spanje immers het model van het nationaal-katholicisme: een innige omarming van kerk en staat zoals in de zestiende eeuw onder de Reyes Católicos (katholieke vorsten). Alles dat dit ideaal van de eenheidsstaat kon bedreigen kreeg een subversieve stempel. Alle uitingen van de Catalaanse cultuur en taal werden als de taal van de revolutie beschouwd. Onderwijs mocht enkel nog in de eenheidstaal Spaans, Catalaanse media werden verboden, in openbare gebouwen verschenen posters met “Spanjaarden spreken Spaans” en op straat was de Guardia Civica actief: controleurs die bij het horen van Catalaans mensen dwongen om over te schakelen naar het Spaans op straf van boetes.

Als je Spanjaard bent, spreek je Spaans

Toen eind negentiende eeuw Spanje zijn laatste kolonies verloor, doken overal in Spanje regionalistische bewegingen op. Drie decennia later stemde het Spaanse parlement een nieuwe grondwet die Catalonië als een (semi-)autonome regio vastlegde met het Catalaans als tweede officiële taal naast het Spaans.  De verkiezingen van 1932 brachten een monsterzege voor de nieuwe partij Esquerra Republicana de Catalunya (ERC): de links republikeinse partij van Catalonië. In januari 1939 viel Barcelona tijdens de Burgeroorlog in handen van de troepen van Franco en verloor het zijn status van autonoom gebied. Een heleboel Catalaanse politici vluchtten in ballingschap naar, in de eerste plaats, noorderbuur Frankrijk. In 1940 leverden de Fransen de laatste minister-president van Catalonië, Lluis Companys, uit aan Franco waarna hij werd gefusilleerd.

In 2011 nam de vorige Catalaanse deelregering, onder leiding van minister-president Artur Mas, de beslissing om volledig voor de Catalaanse onafhankelijkheid te gaan wegens het aanhoudend halsstarrig weigeren van de federale regering in Madrid om met Catalonië een vergelijkbaar fiscaal model als dat van Baskenland te onderhandelen. Convergència i Unió (CiU), de partij van Artur Mas, had tot dan altijd een pragmatische kameleon-houding ingenomen i.v.m. het Catalaanse nationalisme. Het overnemen van het discours van het linkse ERC door de centrumrechtse CiU deed daarom de wenkbrauwen fronsen. Door de zware economische crisis had het Catalaanse nationalisme wind in de zeilen en kon het als rookgordijn fungeren voor de draconische besparingen van de Catalaanse regering in de publieke gezondheidszorg, onderwijs en cultuur. De politiek van de centrale regeringspartij Partido Popular, de opvolger van Franco’s partij Alianza Popular, zorgt er ook voor dat extreemrechts Spanje voorlopig blijft aarden binnen de structuur van de PP.

La Estelada, de Catalaanse onafhankelijkheidsvlag in Camp Nou